Deze tekst over het Iraanse Nieuwjaarsfeest heb ik op 11 november 2001 geschreven en is in de schoolkrant van het Albeda College verschenen. Omdat de tekst nog steeds actueel is, heb ik besloten om hem hier te publiceren. Ieder jaar, vanaf 21 maart, vieren we het Iraanse Nieuwjaarsfeest.
Het Iraanse Nieuwjaarsfeest begint op 21 maart (= de eerste dag van de lente) en duurt 13 dagen. Al dertien dagen in het Nieuwjaar heerst een vrolijke sfeer in Iran. Iedereen probeert iets nieuw te maken. Winkelcentra lopen vol en vooral de kledingzaaken hebben het heel druk. De huisvrouwen maken het huis schoon tot in alle gaatjes, de mannen moeten zorgen dat het hele gezin nieuwe kleren kan dragen. De scholen zijn 13 dagen gesloten en de kinderen genieten daarvan. De traditie is dat je op de eerste dag van het Nieuwjaar de familieleden gaat bezoeken die ouder dan jou zijn. Binnen 13 dagen moet je alle familieleden en kennissen bezocht hebben. De kinderen krijgen cadeau's en daar worden ze heel blij van.
In elke huiskamer wordt er een kleed uitgespreid waarop zeven symbolische voorwerpen worden gelegd. De namen van deze zeven dingen beginnen met een S:
Verder staat er een spiegel, bloemen, kaarsen, en een kom met goudvissen. Al deze symbolen staan voor vreugde en voorspoed in het nieuwe jaar. Op tafel staan veel schalen met lekkere koekjes, chocola, snoepjes en verschillende noten en veel vruchten.
Op de dertiende dag na het begin van het nieuwe jaar gaan de mensen de natuur in om te picknicken. Iedereen knoopt een aantal sprietjes van het zelfgezaaide graan en laat ze in de beek vallen, terwijl ze een wens doen voor het nieuwe jaar.
Het Iraanse Nieuwjaarsfeest begint op 21 maart (= de eerste dag van de lente) en duurt 13 dagen. Al dertien dagen in het Nieuwjaar heerst een vrolijke sfeer in Iran. Iedereen probeert iets nieuw te maken. Winkelcentra lopen vol en vooral de kledingzaaken hebben het heel druk. De huisvrouwen maken het huis schoon tot in alle gaatjes, de mannen moeten zorgen dat het hele gezin nieuwe kleren kan dragen. De scholen zijn 13 dagen gesloten en de kinderen genieten daarvan. De traditie is dat je op de eerste dag van het Nieuwjaar de familieleden gaat bezoeken die ouder dan jou zijn. Binnen 13 dagen moet je alle familieleden en kennissen bezocht hebben. De kinderen krijgen cadeau's en daar worden ze heel blij van.
In elke huiskamer wordt er een kleed uitgespreid waarop zeven symbolische voorwerpen worden gelegd. De namen van deze zeven dingen beginnen met een S:
- sabzeh: een bord met zelf gezaaide graan
- sier: een paar teentjes knoflook
- sieb: een appel
- serkeh: en klein glaasje azijn
- samanoo: puree van graanbloesems
- somaagh: een rode, scherpe poeder die vaak op kabab wordt gestrooid
- sekkeh: een paar munten in een schaaltje water
Op de dertiende dag na het begin van het nieuwe jaar gaan de mensen de natuur in om te picknicken. Iedereen knoopt een aantal sprietjes van het zelfgezaaide graan en laat ze in de beek vallen, terwijl ze een wens doen voor het nieuwe jaar.